Malaria
Het woord malaria is afkomstig uit het Italiaans (mala aria) en betekent 'slechte lucht'. Het wordt ook moeraskoorts, wisselkoorts of zwartwaterkoorts genoemd. Er zijn verschillende vormen van malaria bekend. De gevaarlijkste vorm – malaria tropica – kan dodelijk zijn als de patiënt niet wordt behandeld. Andere malaria-infecties zoals malaria tertiana en malaria quartana zijn in principe niet levensbedreigend, maar men kan er wel erg ziek van zijn. Malaria wordt altijd veroorzaakt door de malariaparasiet (Plasmodium, diverse soorten), die op de mens wordt overgebracht door de steek van een besmette mug (Anopheles). ZIEKTEBEELD Meestal begint malaria met een ‘grieperig’ gevoel, al dan niet met pijn in de spieren en de gewrichten. Deze klachten ontstaan ongeveer tien tot veertien dagen na een steek van een besmette mug. Vervolgens krijgt de patiënt hevige koortspieken met koude rillingen en hoofdpijn. Soms gaat dit gepaard met diarree en braken. De patiënt kan last krijgen van een vergrote milt en lever, ernstige bloedarmoede en geelzucht. De koortspieken met koude rillingen komen niet bij alle patiënten voor. Bij malaria tropica kunnen dagelijks koortsaanvallen optreden, maar bij een forse minderheid van de patiënten hoeft dat niet het geval te zijn. Bij malaria tertiana treden ze iedere tweede dag (48 uur) op, terwijl ze bij malaria quartana iedere derde dag (72 uur) optreden. Een en ander heeft te maken met de levenscyclus van de diverse typen malariaparasieten. Het is belangrijk dat men zich realiseert dat de ziekte ook pas vele maanden na thuiskomst kan ontstaan, ondanks het gebruik van malariaprofylaxe! Tegen malaria kan men zich (nog) niet laten vaccineren, ondanks heel veel onderzoek dat hiernaar wordt uitgevoerd. Er kunnen wél medicijnen worden gebruikt om malaria te behandelen (acute malariabehandeling) of te voorkómen (malariaprofylaxe). De medicijnen waarmee men malaria behandelt of voorkomt noemt men malariamiddelen. Verder is het heel verstandig te voorkómen dat men door een malariamug wordt gestoken. Dat kan door bedekkende kleding te dragen, een insectenwerend middel te gebruiken op de onbedekte lichaamsdelen en onder een klamboe (liefst geïmpregneerd met een insecticide) te slapen. Acute malariabehandeling Bij de behandeling van een acute aanval van malaria tertiana en malaria quartana komen chloroquine (merkloos, A-CQ 100®) of hydroxychloroquine (merkloos, Plaquenil®) als eerste keuze middelen in aanmerking. Bij malaria tertiana dient daarna altijd een nabehandeling met primaquine (merkloos, A-PQ 30®) te volgen omdat zich tot wel een jaar daarna een opleving van de infectie kan voordoen. Bij de behandeling van malaria tropica hebben de hier genoemde middelen weinig zin. Doordat de parasiet (Plasmodium falciparum) in de loop der jaren vrijwel geheel resistent is geworden, moeten andere middelen worden gegeven. Gebleken is dat uit het kruidenmiddel artemisinine een aantal werkzame derivaten zijn voortgekomen die bij de acute behandeling van malaria tropica zeer werkzaam zijn. Het gaat dan om het oraal (dus via de mond) werkzame artemether/lumefantrine (Riamet®) en artenimol/piperaquine (Eurartesim®) en het per injectie werkzame artesunaat (Malacef 60®). Een andere optie is het combinatiepreparaat atovaquon/proguanil (merkloos, Malarone®) en het aloude kinine (merkloos, A-QS 200®, Kinine FNA), dat na vele jaren weer wordt toegepast nadat het in onbruik was geraakt door resistentieproblemen. Beide preparaten worden oraal toegediend. Bij gecompliceerde malaria tropica is artesunaat per intraveneus infuus het middel van eerste keus. Mefloquine (Lariam®) en pyrimethamine (Daraprim®) kunnen in principe worden toegepast bij de behandeling van alle actieve vormen van malaria, afhankelijk van het resistentiepatroon van de malariaparasiet.
Malariaprofylaxe Malariaprofylaxe beschermt niet voor honderd procent, doordat de malariaparasiet in
een aantal gebieden ongevoelig is geworden voor de gebruikte medicijnen. We
spreken
dan van resistentie. In veel gevallen kunnen dezelfde medicijnen worden
gebruikt die ook bij de acute malariabehandeling worden toegepast. De
doseringsregimes zijn dan echter heel anders. De acute behandeling is veel
intensiever, de medicatie wordt (veel) hoger gedoseerd en beslaat doorgaans 3-5
dagen. Als profylaxe toegepast worden de middelen
over het algemeen laag gedoseerd en kunnen weken tot maanden of langer worden
ingenomen
afhankelijk van de duur van het verblijf in een malariagebied. De keuze van het middel hangt
trouwens
altijd af van de gevoeligheid van de malariaparasiet in het betreffende
reisgebied. De
GGD, speciale tropenadviescentra of de huisarts en/of apotheker kunnen precies
vertellen welk middel in welk gebied moet worden gebruikt.
Bijwerkingen Er is een groot verschil tussen de bijwerkingen die het gevolg zijn van de acute malariabehandeling en die van de malariaprofylaxe, ook al gaat het vaak om dezelfde medicijnen. En dat heeft niet alleen met de intensiteit van de behandeling en de hoogte van de dosering te maken, maar ook met de conditie van de patiënt of de reiziger. Immers, als een acute behandeling nodig blijkt te zijn, is de conditie van de patiënt door de ziekte al fors verslechterd, terwijl de conditie van een reiziger die een malariagebied gaat betreden en malariaprofylaxe begint te slikken, doorgaans (heel) goed is. De bijwerkingen die het gevolg zijn van de acute malariabehandeling, kunnen heftig zijn. Maar ze vallen doorgaans in het niet bij de verschijnselen die acute malaria-aanvallen veroorzaken. Denk daarbij ook aan het gegeven dat onbehandelde malaria tropica een dodelijk verloop kan hebben! De profylactische doseringen die gelden voor proguanil (Paludrine®), chloroquine (merkloos, A-CQ
100®)
en hydroxychloroquine (merkloos, Plaquenil®), zijn dusdanig laag dat ze door veel mensen goed
worden verdragen; er komen (heel) weinig
bijwerkingen voor. Zwangerschap? Zoals alle reizigers naar tropische gebieden, lopen ook zwangere vrouwen het
risico
malaria te krijgen. Bij hen verloopt de ziekte echter meestal ernstiger dan bij
niet-zwangeren.
Behalve dat de moeder gevaar loopt, bestaat de kans op een spontane
abortus. Het advies luidt dan ook om tijdens de zwangerswchap niet te reizen
naar gebieden waar malaria voorkomt. Dit geldt nog sterker voor gebieden waar
multiresistente malaria voorkomt. Noodmedicatie In speciale situaties wordt aan bepaalde reizigers een noodmedicatie meegegeven.
Dat is
bijvoorbeeld het geval bij een langdurig verblijf in riskante malariagebieden
(Cambodja,
Laos, Birma, Nieuw-Guinea) onder primitieve omstandigheden, maar ook bij
reizigers
die om wat voor reden dan ook geen malariaprofylaxe mogen (of willen) slikken.
Bij
de eerste ziekteverschijnselen moet dan de noodmedicatie volgens een strikt
voorschrift
worden ingenomen. De meeste reizigers hebben zo’n noodmedicatie echter
beslist niet nodig. Malariagebieden In principe komt malaria overal in de tropen voor, meestal het hele jaar. De
risico’s
wisselen echter per gebied en per seizoen. De kans op een infectie is verreweg
het grootst
in Afrika. In dat continent is ook het risico op het krijgen van malaria tropica
het grootst
(95 procent). In stedelijke gebieden zijn de infectierisico’s gewoonlijk veel
minder dan
op het platteland. Uiteraard is het verblijf in moderne kwaliteitshotels in
grote steden
nog minder riskant. Malariaprofylaxe is dan niet altijd noodzakelijk. Dat geldt
ook voor
gebieden op grotere hoogte (boven 1500 tot 2000 m).
Externe links: |